Advertisement
Guest User

Untitled

a guest
May 25th, 2016
61
0
Never
Not a member of Pastebin yet? Sign Up, it unlocks many cool features!
text 9.35 KB | None | 0 0
  1. unit 6 woordjes:
  2.  
  3.  
  4. available = beschikbaar
  5. by= (hier:) tegen
  6. competitive= concurrerende
  7. cutlery= bestek
  8. due to= vanwege
  9. extension of payment= betalingsuitstel
  10. faint= flauw
  11. glove= handschoenen
  12. handbag= handtas
  13. in accordance with= in overeenstemming met
  14. included= bijgevoegd
  15. it appears= het lijkt op
  16. leaflet= blaadje,folder
  17. necessary= noodzakelijk,nodig
  18. nevertheless= niettemin,ondanks dat
  19. quote= offerte
  20. stationary= schrijfgerei
  21. tableware= serviesgoed
  22. to apologise= verontschuldigen
  23. to concern= betreffen
  24. to confirm= bevestigen
  25. to extend= verlengen
  26. to hang on= even wachten
  27. to have on offer= in de aanbeiding hebben
  28. to overlook= over het hoofd zien
  29. to summarise= samenvatten
  30. unless= tenzij
  31. variety= verscheidenheid,variatie
  32. voucher= tegoedbon
  33.  
  34.  
  35. advantage= voordeel
  36. just= gewoon
  37. offhand= onvoorbereid
  38. wonder= zich afvragen
  39. as soon as= z.s.m. | zo snel als
  40. garantie= guarantee
  41. mind= mening
  42. saying= gezegde
  43. more or less= min of meer
  44. anything= iets
  45.  
  46.  
  47.  
  48. unit 6 uitdrukkingen
  49.  
  50. were pleased to offer= we beiden u graag aan
  51. were proud to guarantee= we garanderen u met enige trots
  52. were now able to offer you= we kunnen u nu aanbeiden
  53. we would like to accept an axtra-special offer= we zouden het prettig vinden als u van een bijzondere aanbeiding gebruikmaakt
  54. we hope you will take a adavantage of our offer= we hopen dat gebruikmaakt van onze aanbeiding
  55. is that all for now?= is dat het
  56. it been a pleasure= het was me een genoegen
  57. of course= natuurlijk
  58. right= ok
  59. am i correct in thinking that= begrijpt ik het goed dat
  60. i will get back to youon this as soon as possible= ik kom z.s.m. op terug
  61. they should in fact reach you on= ze moeten eigenlijk bij u afgeleverd worden op
  62. im sure that wont be a problem= dat is absoluut geen probleem
  63. id like to emphasise, though= maar ik wil graag benadrukken
  64. its very important that= het is heel belangerijk dat
  65. let me give you an example= laat me u eens een voorbeeld geven
  66. the best quality products= de producten met de hoogste kwaliteit
  67. the most competitive prices= de meest concurrerende prijzen
  68. the most consumer-friendly laptops= de meest klantvriendelijke laptop
  69. im afraid i cant tell you anything about that= helaas kan ik u daar niets over vertellen
  70. you could let me know what the reason is that= u zou me kunnen vertellen wat de reden is dat
  71. im afraid i cant say offhand= helaas kan ik dat niet een,twee,drie zeggen
  72. i would be happy to tell you more about that= ik zou u er graag meer over vertellen
  73. what i more or less wanted to know= wat ik zo ongeveer wilde weten
  74. thats most interesting= dat is hoogst interessant
  75. that goes without saying= dat spreekt voor zich
  76. im sure that wont be a problem= dat is absoluut geen probleem
  77. sorry to interrupt you,sir,but= sorry dat ik u onderbreek,mijnheer ,maar
  78. i wonder if= ik vraag me af of
  79. dont interrupt me!= val me niet in de rede!
  80. if you could let me finish= als u me even zou kunne laten uitpraten
  81. let me just summerise= laat me dat even samenvatten
  82. can i add something to that= kan ik daar iets van toevoegen
  83. would you mind explaining to me?= wilt u misschien uitleggen
  84. but how is that possible= maar hoe is dat mogelijk
  85.  
  86.  
  87.  
  88. passive studiemeter 2
  89.  
  90.  
  91. rood verven = have been painted red
  92. photoshoppen = has been photoshopped
  93. knippen = has been cut
  94. eten = has been eaten
  95. leeg maken = has been emptied
  96. veranderen = has been changed
  97. opmaken = has been made up
  98. zojuist-bakken = have just been baked
  99. schoonmaken = have been cleaned
  100. scheren = has been shaven
  101.  
  102. vergelijken studiemeter 2
  103.  
  104.  
  105. minder nieuwsgierig dan = less curious than
  106. minder = fewer
  107. duurste = most expensive
  108. goedkoper dan = cheaper than
  109. veel minder comfortabel dan = much less comfortable than
  110. betrouwbaarder dan = more reliable than
  111. veel goedkoper dan = much cheaper than
  112. moeilijker = more difficult
  113. grootste = largest
  114. net zo snel als = just as fast as
  115.  
  116.  
  117. deeltoets passive
  118.  
  119. zal worden uitgenodigd = will be invited
  120. worden schoongemaakt = are cleaned
  121. zullen verkocht worden = will be sold
  122. waren niet besteld = had not been ordered
  123. worden beschermd = are protected
  124. zijn gegeven = have been given
  125. worden afgedekt = be covered
  126. was gevraagd = had been asked
  127. zijn gevonden = have been found
  128. waren gefotografeerd = had been photographed
  129.  
  130. is ontdekt = has been discovered
  131. zijn geholpen = have been helped
  132. werd gedaan = was done
  133. zal gegeven worden = will be given
  134. was verstuurd = had been sent
  135. is net opgelost = has just been solved
  136. werd niet gegeven = was not given
  137. zijn uitgedaan = have been switched off
  138. ben voorgesteld = was introduced
  139. werden beschreven = were described
  140.  
  141. Mij is gevraagd = I have been asked
  142. bent gevolgd = have been followed
  143. zijn samengevat = have been summarized
  144. waren beantwoord = had been answered
  145. werd genomen = was taken
  146. is verlengd = was extended
  147. is niet ingevuld = has not been filled in
  148. is nog niet gerepareerd = has not been repaired yet
  149. is gezien = was seen
  150. worden gemaakt = are made
  151.  
  152.  
  153. moet over het hoofd gezien zijn = must have been overlooked
  154. is uitgevoerd = was carried out
  155. was verkocht = had been sold
  156. Er wordt gezegd = It is said
  157. is niet betaald = has not been paid
  158. werd gespeeld = was played
  159. is bevestigd = has been confirmed
  160. werd genoemd = was mentioned
  161. is uitgezocht = was sorted out
  162. is niet ingevuld = has not been filled in
  163. waren niet besteld = had not been ordered
  164.  
  165.  
  166. ontmoeten = met / have met
  167. niet – horen = did not hear
  168. gebeuren = happened
  169. spreken = has spoken
  170. nog steeds niet-aankomen = has still not arrived
  171. proberen = tried
  172. doen = has done
  173. hebben = had
  174. niet ontvangen = has not received
  175. ken = have known
  176.  
  177.  
  178. wonen = has lived
  179. zijn = has been
  180. willen = wanted
  181. zijn = was
  182. bellen = have been calling
  183. kopen = bought
  184. uitzetten = switched off
  185. breken = broke
  186. uitleggen = has explained
  187.  
  188.  
  189.  
  190. zeggen = said
  191. eten = have had
  192. niet betalen = did not pay
  193. zojuist verlaten = has just left
  194. verzenden = sent
  195. gaan = went
  196. werken = has worked
  197. niet - zijn = has not been
  198. bezorgen = have delivered
  199. vertellen- Mary = did Mary tell
  200.  
  201.  
  202. bellen = has called
  203. keizen = has chosen
  204. plaatsen = put in
  205. versturen = sent
  206. verwijzen = has referred
  207. klagen = complained
  208. zien = saw
  209. nooit - bezoeken = has never visited
  210. uitbreiden = extended
  211. bestuderen = have studied
  212. niet ontvangen = has not received
  213. nog steeds niet – aankomen = has still not arrived
  214. willen = wanted
  215.  
  216.  
  217.  
  218.  
  219.  
  220.  
  221.  
  222.  
  223.  
  224.  
  225.  
  226. Geven > Will be given
  227. Verkopen > are sold
  228. verbranden > has been burnt
  229. toevoegen > has been added
  230. veroorzaken > has been caused
  231. kopen > is bought
  232. altijd - oplossen > are always solved
  233. Kiezen > was chosen
  234. niet - doen > is not done
  235. zojuist bevestigen > has just been confirmed
  236. zojuist - bakken > have just been baked
  237. opmaken > has been made up
  238. rood verven > have been painted red
  239. eten > has been eaten
  240. veranderen > has been changed
  241. schoonmaken > have been cleaned
  242. leeg maken > has been emptied
  243. photoshoppen > has been photoshopped
  244. scheren > has been shaven
  245. knippen > has been cut
  246.  
  247.  
  248. Vergelijken:
  249.  
  250.  
  251. veel goedkoper dan > much cheaper than
  252. veel minder comfortabel dan > much less comfortable than
  253. minder nieuwsgierig dan > less curious than
  254. niet zo rijk als > not as rich as
  255. veel gelukkiger > much happier
  256. minder interessant dan > less interesting than
  257. gezonder dan > more healthy than
  258. ernstiger dan > worse than
  259. duurste > most expensive
  260. betrouwbaarder dan > more reliable than
  261. slechtste > worst
  262. goedkoper dan > cheaper than
  263. net zo snel als > as fast as
  264. consequenter > more consistent
  265. minder > fewer
  266. nieuwste > latest
  267. grootste > largest
  268. moeilijker > harder
  269. dunste > thinnest
  270. beter > better
  271.  
  272. Verleden voltooid:
  273.  
  274. geven > has given
  275. niet kunnen versturen > has not been able
  276. vertellen > has told
  277. zojuist uitleggen > has just explained
  278. bellen > has called
  279. annuleren > cancelled
  280. verwerken > processed
  281. bieden > offered
  282. onderbreken > interrupted
  283. niet bedoelen > did not mean
  284.  
  285. Passive :
  286.  
  287. Is verlengd > was extended
  288. is bevestigd > has been confirmed
  289. waren gefotografeerd > had been photographed
  290. is gezien > was seen
  291. is uitgevoerd > was carried out
  292. worden gemaakt > are made
  293. is net opgelost > has just been solved
  294. was gevraagd > had been asked
  295. zijn gegeven > have been given
  296. moet over het hoofd gezien zijn > must have been overlooked
  297. zullen verkocht worden > will be sold
  298. er wordt gezegd > it is said
  299. worden schoongemaakt > are cleaned
  300. is uitgezocht > was sorted out
  301. zal worden uitgenodigd> will be invited
  302. worden afgedekt > be covered
  303. is ontdekt > has been discovered
  304. is niet ingevuld > has not been filled in
  305. zijn samengevat > have been summarized
  306. was verstuurd > had been sent
  307. zijn uitgedaan > have been switched off
  308. zijn gevonden > have been found
  309. werd gespeeld > was played
  310. werd genomen > was taken
  311. werd niet gegeven > was not given
  312. was verkocht > had been sold
  313. werd genoemd > was mentioned
  314. bent gevolgd> have been followed
  315. worden beschermd > are protected
  316. werd gedaan > was done
  317. waren beantwoord > had been answered
  318. werden beschreven > were described
  319. is niet betaald > has not been paid
  320. ben voorgesteld > was introduced
  321. waren niet besteld > had not been ordered
  322. zal gegeven worden > will be given
  323. is nog niet gerepareerd > has not yet been repaired
  324. zijn geholpen > have been helped
  325. Mij is gevraagd > I have been asked
  326. werd genomen > was taken
Advertisement
Add Comment
Please, Sign In to add comment
Advertisement